Dag 22 en 23. Op weg naar België.

We vertrekken pas om 10.45 en varen meteen de eerste sluis in. Pal achter ons vaart een Frans echtpaar mee de sluis in. We kennen hun nog van Etreux.

Zij meert af aan één lijn terwijl hij met zijn handen in de zakken op het bovendek blijft staan. Ik houd wel van mannen die hun vrouw zo blind vertrouwen. Als even later hun boot draait en met de kont de andere sluiswand ramt, vloekt hij zijn vrouw stijf. Hij haalt er zelfs zijn handen voor uit zijn zakken. Serieus business dus. Als we de sluis verlaten hebben zij nog een discussie met de sluiswachter. Ik geef wat meer gas in de hoop ze bij de volgende sluis kwijt te zijn. Dat lukt.

We varen door een prachtige natuur over een heerlijk meanderende Sambre. Bos en landerijen wisselen elkaar af. Soms een dorpje en af en toe een beetje industrie. Ach, dat hoort er ook bij. In Boussois stoppen we voor boodschappen. Verder niet echt interessant. Na 35 km. meren we af in Jeumont. Het is 16.30. Aan de ‘passantensteiger’ was ooit stroom en water. Ooit. En toiletten. Ooit. We zien de restanten nog. En in de flats aan de overkant woonden mensen. Ooit. Nu staan er bouwhekken omheen en een affiche geeft aan dat de burgemeester toestemming heeft gegeven voor ‘demolition’. Mijn Engels is goed genoeg om te weten dat dat sloop betekent. Als het donker begint te worden baadt onze boot opeens in het licht. Boven aan het gesloten toiletgebouw hangen 3 grote schijnwerpers. Zij werpen een licht op de kade waarop zelfs een zomerse zon bij heldere hemel jaloers kan zijn. Zelfs als we binnen alles blinderen lijkt het nog volop dag. We slapen er niet minder om.

Dinsdag 18 juli, dag 23, worden we gewekt door grasmaaiers. Aan de overkant, bij de sloopflats, zijn 4-5 mannen druk in de weer. Niets elektrisch. Eerder oude 2-takters. Buienradar voorspelt 4 uur regen vanaf 11.00 uur. Amper een druppel viel uit de strakblauwe lucht. Soms mis ik Jan Pelleboer echt. Om 10.30 vertrekken we en passeren al snel de grens naar Wallonië. Bij écluse no. 1 moeten we inklaren. Behalve mijn pincode moeten ze zowat alles van me weten. We krijgen een MET-nummer (soort vrachtbrief) en een vaarvergunning. Als ik in mijn kolen-Frans vraag waarom we nu een MET-nummer krijgen terwijl de sluiswachter dat op de heenweg bij Ternaaien ‘ne pas necessaire’ vond, noemde hij die sluiswachter ‘un foux’. Maar ja, ik versta geen Frans. Wat later stoppen we in Merbes Le Château voor boodschappen en om te lunchen. Het is ondertussen 26 graden. Als we bij de volgende sluis aankomen blijken ze daar al ruim 1,5 uur op ons te wachten! Ze wisten dat we de grens gepasseerd hadden en om ons goed van dienst te zijn - de sluizen worden vanaf de grens letterlijk met de hand bediend - hadden ze de sluis alvast voor ons open gezet. Wisten wij veel. Wij hebben onderweg lekker 1,5 uur gepauzeerd. We varen door tot Lobbes. Dat ziet er leuk uit en we besluiten hier te blijven. Ook al hebben we pas 19 km gevaren. Who cares. Morgen is weer een dag. Ondertussen appt Swier ons. Een oud studiegenoot. Zij zijn in Namen en wellicht kunnen we afspreken. Leuk, maar met een boot niet per se makkelijk. Zeker niet in deze omgeving. We spreken in principe af morgenmiddag in Charleroi. Bekend om haar luchthaven, maar ook een eeuwenoude vestingstad. Volgens ons ‘vluchtplan’ is Charleroi nog maar 26 km verder. En 8 sluizen. Hoe lang doen we daar morgen over? Ca. 3 uur varen en 2 tot 6 uur voor de sluizen. Dat ligt maar net aan het overige vaarverkeer en vooral aan de sluiswachters. We zullen zien. Vive le GSM. In Lobbes bezoeken we de op een heuvel gelegen kerk. Groots en oud lijkend. Tot we binnen de houten schroten plafonds zien!? Maar de vloeren zijn wel oud. En achterin blijkt een ‘kerkergedeelte’ met eeuwenoude sarcofagen. Dan blijkt de kerk dit jaar 1200 jaar oud te zijn. Ik vermoed dat de schroten plafonds toch echt dateren uit de post-Gamma periode. Op de terugweg willen we een ijsje halen. Jammer dan. Niet in Lobbes. We gaan naar de boot. Ik maak verse nasi en we eten chocolademousse na. Op een picknicktafel aan de wal ga ik mijn (b)logboek bijwerken waar ik tussentijds heerlijke koffie krijg geserveerd.

Ik heb het logboek zelf nog niet op internet gezien maar begrijp dat er een aparte rubriek is met de foto’s. Dan laat ik ze hier achterwege. Dat scheelt weer een hoop tijd! 🫣